In Campania heeft een plaatselijke wijnmaker een experimentele wijngaard aangeplant met acht druivensoorten die daar in 79 voor Christus groeiden toen een vulkaanuitbarsting Pompeii verraste en veraste. Bovendien maakt hij gebruik van de toentertijd geldende wijngaardtechnieken. Wel heeft hij drie variëteiten extra aangeplant om de wijn geschikt te maken voor moderne consumptie. En nee, dat zijn niet chardonnay, cabernet en syrah. De opbrengst is klein (nog geen 1800 flessen), maar de producent was dermate trots op zijn inspanning dat hij de eerste fles schonk aan de president van Italië.
Ook verder naar het zuiden is men oude wijngaarden en vergeten druiven aan het reanimeren. Financiële injecties blijken daar een probaat middel bij. In Puglia hebben de regionale autoriteiten 20 miljoen euro ter beschikking gesteld om druiven als de primitivo, de negroamaro en de uva di Troia te behoeden voor de vergetelheid.
En ook op Sicilië is de knip getrokken. En niet zo zuinig ook. De afgelopen jaren werd bijna 100 miljoen euro uitgetrokken om niet alleen de al redelijk bekende nero d’avola, de nerello mascalese en de inzolia naar een hoger kwaliteitsniveau te tillen, maar ook om onbekende druivensoorten met schilderachtige namen als dunnuni, nivureddu en maialina opnieuw op de kaart te zetten. Inmiddels is er al meer dan 11 000 hectare wijngaard geherstructureerd en er liggen aanvragen voor nog eens 11 500 hectare.
Mooi meegenomen is dat de wijnen die er vanaf komen daadwerkelijk lijken te profiteren van de geldelijke inspanningen. Ik proefde inmiddels al vele wijnen van de nero d’avola. En het blijkt een druif die een droom is voor wijnmakers die opwindend rood voor ogen hebben. In de juiste handen levert hij verrukkelijke wijn op. Die trakteert rijpe kersen, een zwoel, zwart fruit, chocolade, koffie, mooie zuren en licht zoet.
Dé rode druif van SICILIË. Ook al genoemd door Capani, de JANCIS ROBINSON van de zeventiende eeuw. Avola is het uiterste zuidpuntje van Sicilië, in de provincie Siracusa, waar deze nero, donkere, het heel goed doet. Tot in de jaren 1990 werd hij vooral verscheept naar elders (TOSCANE, PIËMONTE, LANGUEDOC...) om bleekneuzige wijntjes illegaal wat kleur en kracht te ge- ven. Nu gaat hij alweer wat jaren onder z’n eigen naam de wereld in. Met succes, want hij geeft een bekvol krachtige zachte wijn voor weinig geld. Vaak wat onbehouwen en droppig, maar een kniesoor, nietwaar. De betere bieden echter rijp donker fruit en zwoele specerijengeuren en verdrijven effectief de winterkou met hun zonnige smaak.
Volgens diverse instanties is het een van de beste druiven van SICILIË, en is hij ‘ook bekend als CALABRESE, wat een oorsprong in CALABRIË suggereert’.
In de jaren tachtig is er veel van GEROOID, wat een bezigheid is waar iedereen altijd weer spijt van heeft. De nero d’avola is dan wel geen CABERNET SAUVIGNON, maar hij kan fikse karaktervolle wijnen geven met veel van alles, rijp, rijk en complex, kan ouderen, en: hij doet het goed in BARRIQUES! Meer hoef je tegenwoordig niet te zeggen om herplanting te bevorderen. Nero di troia Zeldzame inheemse donkere druif uit APULIË. Geeft wijn geurend naar rozen om menig NEBBIOLO jaloers te maken. heft niets van doen met Troje of oude Grieken, ondanks hoopvolle verhalen dienaangaande.